ma di wo do vr za zo
1
 
2
 
3
 
4
 
5
 
6
 
7
 
8
 
9
 
10
 
11
 
12
 
13
 
14
 
15
 
16
 
17
 
18
 
19
 
20
 
21
 
22
 
23
 
24
 
25
 
26
 
27
 
28
 
29
 
30
 
 
 
 
 
 

Uncontainable

dans
26—27.04.2006

Het Koninklijk Ballet van Vlaanderen, opgericht in 1969, gaat vanaf dit seizoen een nieuwe periode in. Het enige grote klassieke dansgezelschap van Vlaanderen wordt van nu af artistiek geleid door Kathryn Bennetts, bijgestaan door Jan Nuyts. 

Kathryn Bennetts verdiende haar sporen als danser bij het Australian Ballet en het Stuttgarter Ballet en bouwde, nadat een kwetsuur een verdere carrière op het podium onmogelijk maakte, een internationale reputatie uit als danspedagoog. In 1989 werd zij door William Forsythe gevraagd balletmeester te worden bij zijn gezelschap in Frankfurt: 15 jaar lang – tot de opheffing van het gezelschap – fungeerde zij daar als Forsythes rechterhand.

Jan Nuyts heeft zijn wortels in de Vlaamse dans: hij studeerde aan het Stedelijk Instituut voor Ballet in Antwerpen en danste vervolgens o.a. bij het Nederlands Dans Theater, het Ballet van de XXste eeuw en het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. Hij leidde ook gedurende enkele jaren de door Maurice Béjart opgerichte Mudraschool in Brussel en was artistiek directeur van de Prix de Lausanne. 

Het Koninklijk Ballet van Vlaanderen beschikt vandaag over een goed getraind en enthousiast korps dat een harmonieuze academische stijl ontwikkeld heeft. Uit het eerste seizoen, zoals Kathryn Bennetts dat samenstelde, blijkt enerzijds een groot respect voor het verleden en anderzijds een hevige interesse in alle mogelijke vernieuwingen van de klassieke danstaal. Op het programma voor 05-06 staat zowel een balletklassieker als The sleeping Beauty als Forsythes magistrale Impressing the Czar. Het is de eerste keer dat Forsythe aan een ‘vreemde’ groep toelating geeft om dit werk, dat men bijna een overzicht van de westerse (dans)beschaving zou kunnen noemen, in te studeren en op te voeren. Naast deze twee klassiekers toont het KBvV in 2005-2006 o.a. ook werk van Jerome Robbins, George Balanchine, naast nieuwe creaties van jonge choreografen als b.v. Douglas Lee.

De wens om te bouwen aan het ballet als een levende kunstvorm wordt bovendien kracht bijgezet door een choreografisch project Uncontainable dat ook in het Kaaitheater te Brussel getoond zal worden. Uncontainable zal het resultaat zijn van een internationale wedstrijd voor jonge choreografen. Op basis van de door de deelnemers op video ingestuurde creaties kiest een internationale jury vijf finalisten. Gedurende een aantal weken in maart/april 2006 kunnen deze vijf jonge choreografen met zes tot acht dansers van het KBvV werken aan een choreografie van een vijftiental minuten. Deze vijf korte werken worden gebundeld in de avond Uncontainable die enkel getoond wordt in Theater ’t Eilandje, de eigen zaal van het KBvV in Antwerpen, en in het Kaaitheater. Tijdens de eerste avond in Brussel (26 april 2006 in het Kaaitheater) wordt aan het beste werk de Hapag-Lloyd prijs uitgereikt.


De finalisten

De Colombiaans-Belgische Annabelle Lopez Ochoa, geboren in Leuven, sloot haar actieve danscarrière af in 2003. Zij danste bij het B.W.gung Tanzteater Ulm, het Heidelberger Stadttheater en Djazzex in Den Haag, vooraleer zeven jaar als soliste de dienst uit te maken bij het Scapino Ballet in Rotterdam. In de Nederlandse theaterscène is zij een veelgevraagde choreografe, zowel bij dansgezelschappen (o.a. Solitaire voor het Nationaal Ballet en Nocturne voor Scapino Ballet), als in gesproken theater, muziektheater en opera.


De Rus Alexey Miroshnichenko studeerde in 1992 af aan de Vaganova Academie in Sint-Petersburg, waar hij tijdens zijn danscarrière bij het Kirov Ballet ook choreografie volgde bij professor Belsky. Hij maakte reeds choreografieën voor het Staatstheater van Novosibirsk en voor een choreografische workshop van het Bolsjoi Ballet. Sedert 2004 werkt hij in het Mariinsky Theater als balletmeester voor de Forsythe balletten.


De Spaanse Inma Rubio Tomas studeerde aan de Conservatoria voor Muziek en Dans in Valencia en Den Haag. Aanvankelijk leverde zij diverse choreografieën aan voor de workshops van Scapino Ballet in Rotterdam, daarna creëerde zij werk voor o.a. Praag - Culturele Hoofdstad van Europa 2000, de Kunstbiënnale van Valencia, het Brescia Festival, het Miami Festival en het Torrevieja Dansgala in Spanje.


Cayetano Soto, ook een Spanjaard, leverde met Plenilunio, Bajo Piel en Contes d’Amor al een aantal opmerkelijke choreografieën voor het Ballett Theater München. Zijn ballet Fugaz gaat over zijn vader en is ook aan hem opgedragen.


Tenslotte is er de Italiaan Matteo Moles, die zowel bij het Béjart Ballet Lausanne als bij het Ballet de Tours danste. In België werkte hij bij Archipel Sud in Namen met choreografen als Nacho Duate en Jacopo Godani, en bij het gezelschap van Michèle-Anne De Mey. In 1996 stichtte hij in Brussel zijn eigen CMM/Compagnie Matteo Moles, waarvoor hij zelf o.a. Out of the Sight of Heaven en Thanatos choreografeerde.

production Ballet royal de Flandre
en collaboration avec Kaaitheater
avec le support de Hapag-Lloyd